Auteur(s): Sylvia Walsarie Wolff Organisatie(s): TU Delft sectie EduTec

Bij het ontwikkelen van digitaal onderwijs wordt vaak geen rekening gehouden met het feit dat studenten de docent, zeker in het begin, zullen overstelpen met e-mails met vragen en opmerkingen. Hoe voorkom je dit?

Voorbeeld uit de praktijk

On-line forums, waarin studenten elkaar kunnen helpen, zijn een mogelijkheid om de docent te ontlasten. Een mogelijkheid is, om de rol van ‘superstudent’ in het leven te roepen, zoals bijvoorbeeld in het STUDIO project van de TU Delft (http://www.studio.tbm.tudelft.nl/studio/, inloggen als ‘dida1’, wachtwoord ‘dida1’ resp. ‘dida2’ en wachtwoord ‘dida2’).

In dit project is een digitale leeromgeving ontwikkeld, waarin een superstudent (vaak een student-assistent) de leiding heeft over een groepje studenten; hij/zij modereert de on-line werkzaamheden van het groepje en is de enige die communiceert met de docent.
Afbeelding rechts: voorbeeld van een groep van 2 studenten. “Dida1” is superstudent, “dida2” is gewone student. Dit is een screen dump uit het beheersysteem van de rol ‘user manager’.

Afbeelding hieronder: gebruiker “dida1” is superstudent. Dit houdt in dat deze gebruiker de rechten in het systeem heeft gekregen om groepsfases in te sturen.

Afbeelding hieronder: gebruiker “dida2” krijgt dit scherm te zien. Deze gebruiker kan de fase dus niet insturen.


Doel

De docent wordt zich tijdens het voorbereiden van on-line onderwijs bewust van maatregelen die genomen kunnen worden om te voorkomen dat hij/zij wordt overstelpt met e-mails van studenten als de on-line cursus is begonnen.

Wanneer te gebruiken

Te gebruiken door docenten, die on-line onderwijs aan het ontwikkelen en/of voorbereiden zijn en na willen denken over het voorkomen van teveel e-mails die van de studenten komen.

Aandachtspunten bij de uitvoering

  • Bij digitaal onderwijs zullen docent en studenten elkaar minder zien dan bij ‘gewoon’ (of face to face) onderwijs en zal er veel digitaal gecommuniceerd worden. Digitale communicatie moet goed worden voorbereid en dat vergt meer tijd
  • In de voorbereidingsfase is het van belang problemen te onderkennen die te maken hebben met het niet kunnen zien van elkaar. Dit kan door opdrachten heel duidelijk te formuleren en deze van tevoren te testen met een kleine groep studenten
  • Duidelijke inhoudelijke procedures, die geen misverstand laten bestaan over wegen die bewandeld moeten worden, zijn ook erg belangrijk. Probeer ook deze procedures van tevoren te testen en zorg ervoor dat de communicatie over deze procedures naar de studenten toe (overdreven) duidelijk is.
  • Het van tevoren structureren van de communicatie is ook een mogelijkheid: zorg dat de docent de laatste is, waarmee contact wordt opgenomen. Dit sluit ook aan bij socio-constructivistische opvattingen over leren. De studenten leren, door problemen zelf op te lossen, verantwoordelijkheid nemen voor hun eigen leerproces en kunnen soms (voor een deel) de rol overnemen van de docent
  • Faciliteer dit door on-line forums in het leven te roepen, waarin studenten elkaar kunnen helpen.
  • Laat studenten in groepen samenwerken en laat ze verschillende rollen, waarvan er Ć©Ć©n docent is, vervullen. Deze rollen kunnen per week of andere tijdseenheid rouleren, zodat iedere student iedere rol een keer vervult.

Randvoorwaarden

  • De DLO die gebruikt wordt, moet goed bekend zijn bij alle gebruikers. De meeste instellingen bieden trainingen aan om vaardig te worden in de DLO die op de instelling wordt gebruikt.
  • Deel de studenten in in groepen van maximaal 15; een grotere groep is moeilijk te modereren. Om de docent te helpen groepen te begeleiden, kunnen assistenten worden ingehuurd.

Achtergrondinformatie

Vaardig digitaal kunnen communiceren zonder dat het teveel tijd kost is een nieuwe competentie voor docenten, die hun onderwijs deels digitaal (willen) gaan aanbieden; dit wordt ook wel E-docent genoemd.

Een E-docent:

  • begeleidt leerprocessen van studenten (voor een deel) op afstand
  • communiceert met de student o.a. via elektronische middelen
  • heeft een bepaalde visie op onderwijs

Veel docenten die E-docent (moeten) worden, maken bewust of onbewust gebruik van het transmissiemodel, waarin wordt verondersteld, dat kennis wordt overgedragen door studenten bloot te stellen aan die kennis. Dergelijke docenten komen niet verder dan het on-line zetten van hun syllabi en/of Powerpoint presentaties. Steeds meer docenten raken ervan overtuigd, dat dlo’s zich heel goed lenen voor een constructivistische vormgeving van het onderwijs, waarin studenten in een gevarieerde en authentieke context in samenwerking met andere studenten en docenten betekenis geven aan informatie. Communicatie is hierbij van wezenlijk belang.
Dit IDEE helpt de E-docent haar/zijn on-line onderwijs goed voor te bereiden, onder meer om te voorkomen dat hij of zij geconfronteerd wordt met problemen rond de communicatie met de studenten.

Ontleend aan

Hans Reitzema: e-Troubleshooting; artikel in e-Learning Magazine, 2e jaargang, nr. 1

Geplaatst op 20-08-2002 in Algemene aandachtspunten door adminComments Off on E-mail bombardement voorkomen

Reageren is niet mogelijk.