Auteur(s): Leonie Meijerink Organisatie(s): EduTec, TU Delft

Aansluitend op het IDEE ‘algemene criteria voor het beoordelen van de kwaliteit van een vak/cursus op een website’ worden pedagogisch/didactische criteria om een on line vak/cursus te kunnen beoordelen besproken.

Voorbeeld uit de praktijk

Een voorbeeld waarbij pedagogische/didactische overwegingen toegepast zijn in een on line vak:
Het vak ‘E-learning in corporations’, dat bij de Sectie EduTec van de TU Delft gegeven wordt, biedt studenten een grote variatie aan on line en off line werkvormen. Als u op onderstaand voorbeeld klikt, kunt u uit het overzicht afleiden dat studenten gebruik maken van de volgende werkvormen: hoorcollege (door verschillende experts uit het bedrijfsleven), deelname aan virtuele discussies, peer review tussen groepen, het uitvoeren van een onderzoek bij een bedrijf, het schrijven van een onderzoeks rapport, groepsdiscussies en het schrijven van een reflective essay. Daarnaast kunnen studenten zich verdiepen in informatie die relevant is voor de specifieke groepsopdracht door het lezen van artikelen, het kijken van videoclips en het uitvoeren van specifieke activiteiten in een leerobject (zie het voorbeeld hieronder).

In het voorbeeld hieronder is te zien hoe videoclips, in combinatie met een Power Point presentatie gebruikt worden als werkvorm in de DLO.


Doel

Een online cursus kunnen beoordelen op pedagogische en didactische criteria.

Wanneer te gebruiken

Als u uw on line vak op pedagogisch/didactische criteria wilt beoordelen, kunt u dat op de volgende manieren doen:

  1. Voordat u het vak aan studenten heeft aangeboden doorloopt u onderstaande criteria.
  2. U gebruikt onderstaande criteria voor een usability test.
  3. Nadat u het vak on line heeft aangeboden aan studenten en u wilt het vak verbeteren op pedagogisch/didactisch vlak. Door uw vak te laten beoordelen door collega?s en/of studenten komt u tot een gefundeerde verbetering van de kwaliteit van uw on line vak.

Aandachtspunten bij de uitvoering

Het gaat bij pedagogische/didaktische criteria met name om hoe je cursus/vak zo kunt inrichten dat studenten optimaal mogelijk kunnen leren. Bepaal in hoeverre uw online cursus voldoet aan de hieronder volgende pedagogische/ didaktische suggesties.

Doelen van de cursus:

Bij het beoordelen of u uw doelen goed geformuleerd heeft kunt u aan een aantal aspecten denken:

  1. Kunt u de meerwaarde van ICT defini?ren bij het behalen van de doelen? (zie voorbeeld in ?uit de praktijk?). Met name in een on line leeromgeving wilt u bereiken dat studenten zelf aan de slag kunnen. Ook wilt u dat u een deel van de begeleiding die u anders zelf op u zou nemen als adviezen kunt meegeven aan studenten in de DLO.
  2. Zijn de doelen in uw vak dusdanig helder geformuleerd dat de student geen of weinig uitleg hierover behoeft en er geen verwarring over kan ontstaan?

Suggestie: Formuleer doelen op de SMART-manier:

  • Specifiek: wees duidelijk in het omschrijven van een leerdoel over wat u van studenten verwacht. Hoe concreter hoe beter.
  • Meetbaar: formuleer een leerdoel zo dat achteraf kan worden vastgesteld of het leerdoel behaald is.
  • Acceptabel/ Aantrekkelijk: de leerdoelen moeten voor studenten relevant en uitdagend zijn.
  • Realiseerbaar: het moet haalbaar zijn om de doelen te halen, bv. beschikbaarheid van faciliteiten, geld, tijd.
  • Tijdsgebonden: het moet duidelijk zijn wanneer zaken afgerond moeten zijn.

Tip: Studenten kunnen ook zelf een probleemstelling of doel formuleren. Door voldoende suggesties in de DLO in te bouwen over hoe zij een dergelijk doel kunnen formuleren en wat u van ze verwacht, leren studenten zelf verantwoordelijk te zijn.

Opdrachten:
  1. Helder geformuleerde opdrachten voldoen (o.a.) aan de volgende criteria:
    • Is er een andere interpretatie mogelijk voor wat er in de opdracht gedaan moet worden?
    • Is het duidelijk voor de studenten wat de criteria zijn en wat het niveau is waaraan zij moeten voldoen in de opdracht?
    • Is het duidelijk hoeveel tijd er is om de opdracht af te ronden?
  2. Wordt in de opdracht voldoende gebruikt gemaakt van de mogelijkheden van de DLO? Denk hierbij aan aspecten als:
    • Kunnen studenten zelfstandig en op het moment dat het hen uitkomt activiteiten uitvoeren in de DLO?
    • Kunnen studenten documenten van groepsleden vanaf elke computer met internetaansluiting inzien?
    • Vergemakkelijkt de ICT de communicatie tussen studenten en/of tussen student en docent?
    • Is het makkelijker voor studenten om additionele informatie te zoeken of gebruik te maken van suggesties via de DLO?
  3. Nodigen de opdrachten uit tot activiteit?
    • Sluiten de opdrachten aan op de doelen?
    • Worden de studenten gestimuleerd tot nadenken door de opdrachten?
    • Motiveren de opdrachten studenten?
    • Zijn opdrachten dusdanig opgebouwd dat studenten gestructureerd een proces doorlopen, waardoor ze steeds dieper de inhoud induiken?

Tip: Gebruik opdrachten van verschillende niveaus of aansluitend bij diverse interesses, waarmee tegemoet gekomen wordt aan diversiteit onder studenten.

Werkvormen:
  1. Wordt er gebruik gemaakt van studentgestuurde werkvormen, waarin studenten geactiveerd worden zichzelf actief op te stellen? Als men liever voor meer docentgestuurde werkvormen kiest moet men zich serieus afvragen met welk doel de DLO wordt gebruikt. Denk nog eens na over de taken die u als docent in de cursus op u heeft genomen ook de juiste waren. Had de student meer of minder zelfstandig kunnen doen? Welke taken bedeelde u de studenten toe? Van studenten werd bijvoorbeeld verwacht dat zij zelfstandig een planning zouden opzetten, maar achteraf blijkt dat ze daar meer sturing in nodig hadden van de docent.
  2. Maakt u gebruik van verschillende werkvormen? Hierdoor worden studenten op verscheidende manieren gestimuleerd om na te denken over het onderwerp en wordt tegemoet gekomen aan verschillen tussen studenten. Voorbeelden:
    • Een combinatie van werkvormen waarin studenten in een groep een on line project moeten uitvoeren en daarnaast een individuele opdracht moeten maken.
    • Gebruik uitdagende werkvormen zoals: discussie, games en simulaties, rollenspelen, experimenten, case studies (hierover zijn verschillende IDEE?n geschreven).
    • Kies voor vormen van blended learning, waarin studenten enerzijds werken in de DLO en daarnaast ook aanvullende (responsie)colleges volgen. Als voor deze combinatie wordt gekozen moeten de collegezaal en de DLO ook een link hebben met elkaar, bijvoorbeeld door de resultaten van on line discussies te projecteren en bespreken in de collegezaal.
Gebruik van interactiviteit:

Door interacties met de omgeving wordt actieve deelname van studenten gestimuleerd. Dit is dan ook een belangrijke kwaliteit van cursussen/vakken die in een website worden aangeboden. Interactiviteit kan op verschillende manieren worden aangeboden:

  1. Is het de studenten duidelijk hoe de interactiemogelijkheden m.b.v. ICT in de cursus passen? En-kel de flexibiliteit tot interactie aanbieden betekent nog niet dat het ook zo gebruikt wordt door de student. Studenten hebben richtlijnen nodig die aangeven wanneer, hoe vaak en op welke manier ICT gebruikt moet worden en hoe ze daarop beoordeeld worden.
  2. Interactieve educatieve programma?s moeten niet zomaar het face-to-face contact vervangen, maar dienen ter ondersteuning en/of maken het makkelijker om tijd- en plaatsongebonden aan de slag te gaan. Dat geldt met name voor niet-afstandsonderwijs, want studenten gaan er daarbij vanuit dat er sprake zal zijn van face-to-face contact naast het on line werken. Daarnaast is het zaak op te passen voor het gevaar dat bij on line activiteiten studenten zich anoniem en daardoor minder betrokken voelen. Zorg dus dat studenten zich betrokken voelen.
  3. Welke andere functionele interactiemogelijkheden zouden kunnen worden aangeboden, die in het vak nog niet worden aangeboden? Worden bijvoorbeeld verschillende media optimaal ingezet om een student te activeren? (video, internet, chat, e-mail?).
Feedback:

Krijgen studenten gedurende het college voldoende feedback?

  1. Door een vak on line aan te bieden is het goed mogelijk om docenten tussentijdse feedback te laten geven, studenten elkaar feedback te laten geven of studenten feedback op zichzelf te laten geven.
  2. Zijn er mogelijkheden in de on line leeromgeving voor de student om vragen te stellen aan de begeleider?

Hiervoor wordt verwezen naar de IDEEën die speciaal over feedback zijn geschreven onder de categorie ?begeleiden?.

Beoordeling:
  1. Zijn vooraf duidelijke beoordelingscriteria geformuleerd, waarvan studenten op de hoogte zijn? Dit stuurt de mate waarin studenten zelf aan het werk gaan.
  2. Worden voldoende beoordelingsmogelijkheden aangeboden? Bij een on line vak wordt aangeraden in plaats van alleen summatief (op het eind) ook formatief (tussentijds) te beoordelen. Van studenten wordt een grote mate van zelfverantwoordelijkheid verwacht in een DLO. Voor een docent is het belangrijk om hierin een coachende rol te kunnen spelen en dus het leerproces te volgen en studenten er feedback op te geven.
  3. Het gebruik van verschillende soorten beoordeling kan de student beter helpen om te begrijpen waar zijn/haar problemen liggen.
  4. Met verschillende soorten beoordeling kan ondervangen worden dat een groep bijvoorbeeld alleen op het eindresultaat wordt beoordeeld en dat hierbij niet voldoende wordt tegemoet gekomen aan de individuele student.

Tip: Studenten kunnen vooraf zelf formuleren aan welke criteria zij vinden dat hun project uiteindelijk moet voldoen. Zij geven hiermee aan wat zij van het vak verwachten en de docent kan op basis hiervan studenten bijsturen.

Achtergrondinformatie

Het praktijkvoorbeeld wordt uitgebreid besproken in het artikel:
Brakels, J; C.E. van Daalen, W. Dik, S. Dopper, F. Lohman, A. van Peppen, S.A.G. Peerdeman, D.J. Peet, E. Sjoer, W. van Valkenburg, M. van de Ven (2002). Implementing ICT in education faculty wide. European Journal of Engineering Education, Vol. 27, No. 1, pp. 63-76.

Deze criteria zijn gehaald uit de E-learning cursus die voor Ugandese en Tanzaniaanse docenten werd ontwikkeld door de Sectie EduTec van de TU Delft.

Er is gebruik gemaakt van adviezen op de volgende websites:

WBTIC, What constitutes quality in web-based training www.webbasedtraining.com/primer_quality.aspx .

Ontleend aan

De cursus E-learning die in 2002 gegeven werd bij de Sectie EduTec, TU Delft.

Zie ook

Aan welke algemene criteria moet een vak/cursus op een website voldoen?

Aan welke inhoudelijke criteria moet mijn on line vak/cursus voldoen? (I)

Aan welke structuur-technologische criteria moet mijn on line vak/cursus voldoen? (II)

Hoe houd ik rekening met verschillende gebruikers in mijn on line vak/cursus? (III)

Hoe kies je tussen vormen van feedback in een digitale leeromgeving

Geplaatst op 17-02-2003 door adminComments Off on Pedagogische/didactische criteria voor een online vak/cursus

 
Auteur(s): Leonie Meijerink Organisatie(s): EduTec, TU Delft

Studenten verschillen onderling in niveau, voorkennis en/of achtergrond. Het kan wenselijk zijn om in een on line cursus rekening te houden met deze verschillen.

Voorbeeld uit de praktijk

Bij het vak ‘multimedia’ aan de TU Delft is een folder aangemaakt in Blackboard die aandacht besteed aan de benodigde voorkennis. Deze folder zegt het volgende over voorkennis: ‘Er is geen specifieke voorkennis vereist voor hogejaarsstudenten van Nederlandse universiteiten, maar enige algemene ervaring met MS Windows of Apple OS en Internet browsers is gewenst’. Dit is slechts een klein praktijkvoorbeeld van hoe u rekening kunt houden met verschillende gebruikers. In het algemeen wordt maar weinig ‘bewust’ aandacht besteed aan verschillende gebruikers. Voorbeelden van anderen zijn hier dan ook zeer welkom!


Doel

De docent kan de mate waarop een on line cursus rekening houdt met verschillen tussen studenten beoordelen.

Wanneer te gebruiken

Als er grote verschillen bestaan in niveau, voorkennis of achtergrond van studenten
U kunt op verschillende momenten uw on line vak onder de loep nemen:

  1. Voordat u het vak aan studenten heeft aangeboden doorloopt u onderstaande criteria.
  2. U gebruikt onderstaande criteria voor een usability test.
  3. Nadat u het vak on line heeft aangeboden aan studenten en u wilt het vak verbeteren. Door uw vak te laten beoordelen door collega’s en/of studenten komt u tot een gefundeerde verbetering van de kwaliteit van uw on line vak.

Aandachtspunten bij de uitvoering

Bepaal in hoeverre u in uw on line cursus of on line vak rekening houdt met de volgende criteria:

Niveauverschillen tussen studenten

Een cursus op een website biedt goede mogelijkheden om verschillende niveaus aan te brengen waarop studenten kunnen werken. U kunt hier op verschillende manieren rekening mee houden:

  • Formuleer doelstellingen en opdrachten op verschillende niveaus (bijvoorbeeld een aantal hoofdniveaus: lager, gemiddeld en hoger).
  • Reik stof aan op verschillende niveaus, afhankelijk van de geformuleerde doelstellingen.
  • Geef enkele websites die ‘een stapje terug’ doen, waarmee studenten die iets moeilijk vinden extra kunnen oefenen.
Diversiteit onder studenten

Factoren die diversiteit onder studenten bepalen zijn: geslacht, herkomst (culturele achtergrond), traject vooropleiding, taalachtergrond, interesse, sociale en economische herkomst. Voor het tegemoet komen aan diversiteit onder studenten kunt u denken aan:

  • Vorm gemixte/ heterogene groepen als u on line groepswerk aanbiedt. In een on line cursus kunt u zelf invoeren welke studenten in welke groep gaan werken.
  • Pas onderwerpen of thema’s van een case/opdracht/activiteit aan op de verschillende interesses of culturele achtergronden van studenten.
  • Wees alert op impliciete vooronderstellingen over welke vaardigheden bepaalde studenten hebben (‘vrouwen zijn socialer’, ‘mannen weten meer van techniek’).
Uitdaging

Vinden de studenten voldoende uitdaging in de cursus? Dit hangt nauw samen met de mate waarin u rekening heeft gehouden met eerdergenoemde verschillen in niveau en diversiteit onder studenten. Daarnaast kan een DLO heel aantrekkelijk gemaakt worden. Goede strategieën om de cursus uitdagend te maken:

  • Zijn inhoud en presentatie interessant voor alle studenten?
  • Herkennen de studenten de relevantie van de inhoud met de (werk)praktijk?
  • Is het vak realistisch en praktisch?
  • Is het vak actueel en wordt het regelmatig geactualiseerd?
  • Maak gebruik van de interactiemogelijkheden van een DLO (zie IDEE over de pedagogisch/ didactische criteria voor het beoordelen van een vak/cursus op een website).
  • Maak van een opdracht een spel. Studenten worden hierdoor gemotiveerd om zo goed mogelijk te presteren. Gaming en simulaties worden vaak goed gewaardeerd door studenten. ICT biedt hiervoor uitstekende mogelijkheden.
  • Selecteer goede media (zie IDEE over de pedagogisch/ didactische criteria voor het beoordelen van een vak/cursus op een website).
Voorkennis

Studenten hebben vaak een totaal verschillende voorkennis van het vak. Dat kan al gauw leiden tot demotivatie van studenten. Bedenk als docent:

  • Welke studenten hebben al vakken gevolgd die aan het vak gerelateerd zijn en welke studenten hebben dat niet gedaan?
  • Waar komen studenten vandaan? HBO-studenten hebben totaal andere voorkennis dan studenten die net van het VWO afkomen.

De oplossingen die hiervoor gezocht kunnen worden komen overeen met de oplossingen die hierboven genoemd zijn m.b.t. niveauverschillen.

Verschillende manieren van leren

Houd bij het ontwikkelen van taken en activiteiten in de on line cursus rekening met verschillende manieren van leren. De ene student is meer praktisch ingesteld, terwijl de ander beter leert uit boeken. Zorg dat er voor elk wat wils is, maar daarmee ook dat elke student aangezet wordt om ook eens op een andere manier te leren. Hoe groter de variatie aan werkvormen des te meer wordt tegemoet gekomen aan verschillen tussen studenten. (zie IDEE over de pedagogisch/ didactische criteria voor het beoordelen van een vak/cursus op een website).

Achtergrondinformatie

Deze criteria zijn gehaald uit de E-learning cursus die voor Ugandese en Tanzaniaanse docenten werd ontwikkeld door de Sectie EduTec van de TU Delft.

Er is gebruik gemaakt van adviezen op de volgende website:
WBTIC, What constitutes quality in web-based training?
http://www.webbasedtraining.com/primer_quality.aspx

Ontleend aan

De cursus E-learning die in 2002 gegeven werd bij de Sectie EduTec, TU Delft.

Zie ook

Aan welk criteria moet mijn on line vak/cursus voldoen?

Aan welke inhoudelijke criteria moet mijn on line vak/cursus voldoen? (I)

Aan welke structuur-technologische criteria moet mijn on line vak/cursus voldoen? (II)

Aan welke pedagogisch/ didactische criteria moet mijn on line vak/cursus voldoen? (IV)

Geplaatst op 17-02-2003 door adminComments Off on Rekening houden met verschillende gebruikers

 
Auteur(s): Leonie Meijerink Organisatie(s): TU Delft, Sectie EduTec

Hier worden de inhoudelijke criteria beschreven waaraan een goede on line cursus zou moeten voldoen. Het sluit aan op het IDEE ‘Aan welke algemene criteria moet een vak/cursus op een website voldoen?’

Voorbeeld uit de praktijk

Bij de cursus E-learning, die de Sectie EduTec van de TU Delft aan docenten van universiteiten in Tanzania en Uganda gaf, kregen docenten de opdracht om hun vak op Blackboard aan te bieden. Er werden eerst een aantal criteria/aanbevelingen voorgelegd aan docenten, waaraan een goede on line cursus kan voldoen. Later werden de cursussen op deze criteria beoordeeld. Dergelijke checklists helpen docenten na te denken over de vele mogelijkheden waaraan een on line cursus kan voldoen.

Doel

Het doel is een on line cursus te kunnen beoordelen op inhoudelijke criteria.

Wanneer te gebruiken

  • Als u een on line vak/cursus heeft ontwikkeld en dit wilt beoordelen op inhoudelijke criteria.
  • Als u een on line vak/cursus gaat ontwikkelen en rekening wilt houden met inhoudelijke criteria.
  • Als u wilt controleren of uw on line vak nog actueel is.

U kunt op verschillende manieren uw on line vak onder de loep nemen:

  • Voordat u het vak aan studenten heeft aangeboden doorloopt u onderstaande criteria.
  • U gebruikt onderstaande criteria voor een usability test.
  • Nadat u het vak on line heeft aangeboden aan studenten en u wilt het vak verbeteren. Door uw vak te laten beoordelen door collega?s en/of studenten komt u tot een gefundeerde verbetering van de kwaliteit van uw on line vak.

Aandachtspunten bij de voorbereiding

U kunt aan de hand van de volgende suggesties bepalen of u in uw cursus heeft rekening gehouden met het aanbieden van inhoud.

  1. Gestructureerde inhoud
    Het is van belang dat studenten direct zicht hebben op de inhoudelijke structuur. De categorieën (onderwerpen, tijdseenheden, thema?s, etc.) moeten het vak in hooflijnen goed weerspiegelen.

    • Zijn de categorieën/onderdelen van de cursus direct af te leiden van de leerdoelen?
    • Staat er niet teveel tekst op een pagina? Als een overzicht van de cursus gegeven wordt richt het dan zo in dat de eerste pagina een soort ?portal-functie? heeft, waarin een goed overzicht wordt gegeven en direct doorgeklikt kan worden naar de verschillende categorieën/onderdelen.
    • Zijn de categorieën/onderdelen duidelijk van elkaar te onderscheiden zijn, zodat geen verwarring ontstaat over wat waaronder valt?
    • Worden de namen van categorieën op een eenduidige, korte en aansprekende manier geformuleerd? Gebruik bijvoorbeeld allemaal zelfstandige naamwoorden of allemaal werkwoorden -en niet of zo min mogelijk door elkaar.

    Tip: Vraag aan studenten die niets van het vak weten wat zij denken te vinden onder de categorieën die u gekozen heeft.

  2. Actualiteit en correctheid van informatie
    Het is demotiverend als je een website ziet die voor het laatst in 2001 geüpdatet is of alleen oude literatuurverwijzingen heeft.

    • Wordt er regelmatig een update van de cursus of van informatie op de site gegeven?
    • Bestaan er meer recente literatuurverwijzingen? Zijn er nieuwe visies, ideeën over het onderwerp?
    • Zijn er interessante actuele ontwikkelingen waar de cursus op kan worden aangepast?
    • Klopt de informatie die in de cursus wordt gegeven nog wel? Is het nog relevant?
  3. Bronnen en verwijzingen als uitbreiding:
    Het gebruik van verwijzingen naar andere bronnen is een erg nuttige, extra mogelijkheid die werken in een DLO biedt. Studenten kunnen zelf bepalen of ze hier behoefte aan hebben.

    • Zijn de links naar andere bronnen relevant en nuttig?
    • Is het relevant om links aan te reiken als verdiepingsstof voor studenten die meer aan kunnen?
    • Kan verwezen worden naar websites die ?een stapje terug? doen, waarmee studenten die iets moeilijk vinden extra kunnen oefenen?
    • Heeft u alle (correcte) literatuurverwijzingen weergegeven van alle informatie (van anderen en uit literatuur) die gebruikt zijn in de cursus?
  4. Volgorde
    Door leerstof niet in een vaste volgorde aan te bieden biedt je de studenten de mogelijkheid om een eigen leerstrategie te kiezen. Zij bepalen zelf welke informatie zij eerst nodig hebben om verder te kunnen. Heeft u een verantwoorde keuze gemaakt of de informatie volgens een vaste volgorde wordt aangeboden of dat studenten zelf de volgorde kunnen kiezen? (dit is ook afhankelijk van hoe zelfstandig studenten kunnen werken in de DLO).
  5. Is het in een oogopslag helder voor studenten wat van hen verwacht wordt?

Achtergrondinformatie

Deze criteria zijn gehaald uit de E-learning cursus die voor Ugandese en Tanzaniaanse docenten werd ontwikkeld door de Sectie EduTec van de TU Delft.
Er is gebruik gemaakt van adviezen op de volgende websites:

WBTIC, What constitutes quality in web-based training? http://www.webbasedtraining.com/primer_quality.aspx .
WBTIC, Learning objects www.webbasedtraining.com/trends_objects.aspx.

Ontleend aan

De cursus E-learning die in 2002 gegeven werd bij de Sectie EduTec, TU Delft

Zie ook

Geplaatst op 03-02-2003 door adminComments Off on Inhoudelijke criteria voor een online vak/cursus

 
Auteur(s): Leonie Meijerink Organisatie(s): TU Delft, Sectie EduTec

Met behulp van de hieronder beschreven criteria kan een docent de kwaliteit van een vak dat hij/zij ontwikkeld heeft op een website (in bijvoorbeeld Blackboard, Teletop) beoordelen.

Voorbeeld uit de praktijk

Bij de cursus E-learning, die de Sectie EduTec van de TU Delft aan docenten van universiteiten in Tanzania en Uganda gaf, kregen docenten de opdracht hun vak op Blackboard aan te bieden. De docenten kregen eerst een aantal criteria/aanbevelingen voorgelegd, waaraan een goede on line cursus zou kunnen voldoen. Later werden de cursussen op deze criteria beoordeeld. Dergelijke checklists helpen docenten na te denken over de eisen waaraan een on line cursus kan voldoen.

Doel

De docent kan de sterke en zwakke punten van het vak/de cursus die hij/zij heeft ontwikkeld bepalen en heeft inzicht in hoe de on line cursus zou kunnen worden verbeterd.

Wanneer te gebruiken

Als u een on line vak/cursus heeft ontwikkeld en een overzicht wilt hebben van de kwaliteit hiervan en hoe deze verbeterd kan worden (voorafgaand aan dit IDEE kan het IDEE ‘Een checklist voor het herontwerpen van een vak in een DLO’ worden gebruikt). U kunt op verschillende momenten uw on line vak onder de loep nemen:

  • Voordat u het vak aan studenten heeft aangeboden doorloopt u onderstaande criteria.
  • U gebruikt onderstaande criteria voor een usability test.
  • Nadat u het vak on line heeft aangeboden aan studenten en u wilt het vak verbeteren. Door uw vak te laten beoordelen door collega’s en/of studenten komt u tot een gefundeerde verbetering van de kwaliteit van uw on line vak.

Aandachtspunten bij de uitvoering

Er komt veel kijken bij het aanbieden van een on line vak. Hieronder vindt u suggesties waaraan u kunt denken als u uw on line vak wil beoordelen en/of verbeteren. Per invalshoek is een apart IDEE geschreven met een nadere uitwerking!
Het gaat hier om suggesties, niet om voorwaarden.

  1. Hoe wordt de inhoud van het vak op de website gerepresenteerd?
    • Structuur: Is de inhoud goed gestructureerd? Worden leerinhouden, ervaringen, experimenten e.d. op een overzichtelijke manier geordend?
    • Actualiteit en correctheid van informatie: Wordt de informatie regelmatig geüpdatet en is de informatie die gegeven wordt nog steeds correct?
    • Bronnen: Zijn er relevante en voldoende bronnen gebruikt en wordt er verwezen naar bronnen als uitbreiding?
    • Volgorde: Moeten studenten een vaste volgorde doorlopen of kunnen zij zelf kiezen in welke volgorde zij de leerinhouden doorlopen?
  2. Hoe ziet de structuur-technologie eruit?
    • Navigatie: Is het mogelijk om vanaf elke plek terug te gaan naar de homepage?
    • Hyperlinks: Heeft u geschikte en werkende hyperlinks ingebouwd?
    • Beeldscherm: Heeft u de paginabreedte en paginalengte zo ingesteld dat het makkelijk leesbaar is?
    • Kleurstelling en lettertype: Heeft u bewust nagedacht over de gekozen kleuren en het gekozen lettertype en is het makkelijk leesbaar?
    • Grafische weergave: Hebben grafische weergaven (bijvoorbeeld plaatjes, iconen, video) meerwaarde? Zijn ze makkelijk te downloaden?
  3. Wordt er rekening gehouden met gebruikers?
    • Niveau: Is er een indeling naar niveau?
    • Diversiteit onder studenten: Zijn de opdrachten gevarieerd? Worden er verschillende werkvormen gehanteerd?
    • Uitdaging: Biedt de leerstof (de opdrachten) voldoende uitdaging voor alle studenten?
    • Voorkennis: Zijn er verwijzingen naar bekend veronderstelde kennis en wordt er rekening gehouden met voorkennis die studenten al hebben opgedaan?
    • Komen de activiteiten tegemoet aan de verschillende manieren waarop studenten leren?
  4. Wat is de pedagogisch/didactische kwaliteit van uw on line vak?
    • Doelen: Zijn de doelen duidelijk omschreven?
    • Opdrachten: Is er voldoende variatie? Zetten de opdrachten aan tot nadenken?
    • Werkvormen: Biedt u voldoende afwisselende werkvormen aan en passen ze bij het doel?
    • Feedback: Hoe is de feedback georganiseerd? Van welke typen feedback wordt gebruik gemaakt en hoe vaak wordt feedback gegeven aan studenten?
    • Gebruik van multimedia: Wordt multimedia op de juiste plaats en voor de juiste redenen (gerelateerd aan de doelen) ingezet?
    • Beoordeling: Past uw beoordeling bij de beoogde doelen en bij het niveau van studenten?

Achtergrondinformatie

Deze criteria zijn gehaald uit de E-learning cursus die voor Ugandese en Tanzaniaanse docenten werd ontwikkeld door de Sectie EduTec van de TU Delft.

Daarnaast is gebruik gemaakt van adviezen op de website:
WBTIC, What constitutes quality in web-based training www.webbasedtraining.com/primer_quality.aspx.

Ontleend aan

De cursus E-learning die in 2002 gegeven werd bij de Sectie EduTec, TU Delft

Zie ook

Geplaatst op 03-02-2003 door adminComments Off on Algemene criteria voor een online vak/cursus

 
Auteur(s): Leonie Meijerink Organisatie(s): TU Delft, Sectie EduTec

Een (goede) online cursus staat of valt met de gekozen lay-out en interface. Dit IDEE sluit aan op het IDEE ‘Aan welke algemene criteria moet een vak/cursus op een website voldoen?’

Voorbeeld uit de praktijk


Voorbeeld 1 komt professioneel over voor studenten, omdat er gewerkt wordt met logo’s en de kleurstelling is niet ‘schreeuwerig’.

Voorbeeld 2 laat zien dat nagedacht is over paginabreedte, over navigatie (je kan makkelijk doorklikken om meer informatie te vinden), over hyperlinks (ze hebben een duidelijke titel), kleurstelling en structuur (tabel met kopjes en subkopjes).

Doel

Dit IDEE helpt u om te bepalen welke structuur-technologische kenmerken uw on line cursus kunnen verbeteren.

Wanneer te gebruiken

Als u een on line vak/cursus heeft ontwikkeld en een overview wilt hebben over hoe de kwaliteit hiervan kan worden verbeterd.
U kunt op verschillende manieren uw on line vak onder de loep nemen:

  • Vooraf: voordat u het vak aan studenten heeft aangeboden doorloopt u onderstaande criteria.
  • Vooraf: u gebruikt onderstaande criteria voor een usability test.
  • Achteraf: nadat u het vak on line heeft aangeboden aan studenten en u wilt het vak verbeteren. Door uw vak te laten beoordelen door collega?s en/of studenten komt u tot een gefundeerde verbetering van de kwaliteit van uw on line vak.

Aandachtspunten bij de uitvoering

Algemeen

Het invullen van de lay-out en interface is meestal de laatste stap bij het opzetten of verbeteren van een site. U kunt de suggesties hieronder gebruiken nadat u de inhoud en werkvormen van de cursus heeft bepaald.
U kunt aan de hand van de volgende suggesties bepalen hoe goed u in uw cursus heeft rekening gehouden met de structuur-technologische kenmerken als u gebruik maakt van een gestandaardiseerde DLO.

  1. Navigatie:
    • Is het mogelijk om vanaf elke plek terug te gaan naar de homepage (door te klikken op een link of icoon)?
  2. Hyperlinks
    • Kunt u uit de titels van de hyperlinks direct afleiden waar u naar gelinkt gaat worden?
    • Werken alle hyperlinks?
  3. Beeldscherm
    • Paginabreedte: Wordt het scherm volledig gebruikt en is het overzichtelijk?
    • Paginalengte: Heeft u het gevoel dat er te veel gescrollt moet worden? Misschien kan de tekst dan in korte stukken worden aangeboden (wat weer als nadeel heeft dat u meer pagina?s krijgt). Met deze teksten trekt u de aandacht van de studenten. Bij het schrijven van een webtekst wordt in het algemeen de regel gehanteerd dat maximaal 150 woorden op 1 pagina worden geschreven, omdat dan bij de meest voorkomende scherminstellingen niet hoeft worden gescrolld.
      Tip:Vooral bij het ontwikkelen van keuzevakken is het van belang om een aantrekkelijke eerste indruk te geven, zodat u studenten kunt motiveren om deel te nemen aan het vak. Geadviseerd wordt dat studenten in ?informatieve? teksten niet hoeven te scrollen. Wel kunnen natuurlijk hyperlinks, artikelen e.d. waar naar verwezen wordt langer zijn.
  4. Kleurstelling en lettertype
    • Hebben de verschillende kleuren die u gebruikt een betekenis? U kunt ervoor kiezen om verschillende kleuren te gebruiken in de tekst, voor koppen of voor de navigatiebalk. Wees er alert op dat dit op een consistente manier wordt toegepast.
    • Wat vindt u van het gebruik van kleur en lettertype voor:
      • de tekst
      • koppen
      • hyperlinks (herkenbaar is blauw en onderstreept)
      • achtergrond
    • Zijn de teksten makkelijk leesbaar wat betreft kleurstelling en lettertype/-grootte? (bv. als de achtergrondkleur wit is gebruik dan geen licht blauwe kleur voor de tekst, koppen of links).
  5. Grafische weergave
    • Dragen de grafische weergaven (bv. Plaatjes, iconen, video) bij aan de waarde van de tekst op de website? Is het gerelateerd aan het onderwerp van de website, of wordt het toegelicht in de tekst?
    • Wordt gebruik gemaakt van logo?s? Een vak komt professioneel over door het gebruik van een logo.
    • Komt de grafische weergave wel en snel genoeg tevoorschijn? Er moet gestreefd worden naar een goede balans tussen de kwaliteit (dots per inch; dpi) en grootte (bytes). Hoe meer bytes, hoe meer tijd het kost om te openen.
    • Is de plek van de grafische weergave goed gekozen in de tekst? Zet ze niet midden in de tekst omdat dit het lezen vertraagd. Het beste kunnen ze aan de linker- of rechterzijde van de pagina geplaatst worden.
Tips
  • Wat betreft structuur-technologische kenmerken blijft het toch altijd een kwestie van smaak waar u uiteindelijk voor kiest. Vandaar dat geadviseerd wordt om een usability test te doen van de website layout en interface van uw on line vak. Daarmee kunt u bepalen welke kenmerken voor het merendeel van de studenten aantrekkelijk zijn.
  • http://www.netskills.ac.uk/. Dit is een zeer praktische gratis on line cursus waarin u wordt geleerd hoe u een website ontwerpt, met allerlei praktische tips. De cursus duurt ongeveer twee uur, maar u kunt het door uw ID in te vullen op verschillende tijdstippen invullen, waarbij u verder gaat met waar u de vorige keer gebleven was.
  • Houd rekening met slechtziende en kleurenblinde studenten! Gebruik bv. niet te kleine lettertypes en let op welke kleuren in combinatie met elkaar gebruikt worden. Voor meer info: www.drempelsweg.nl

Achtergrondinformatie

  • Lockefeer, W., Checklist for quick usability testing of website layout and interface,
    Section of Education and Technology, Delft University of Technology.
  • Cursus E-learning van EduTec, Faculteit TBM, TU Delft

Er is gebruik gemaakt van adviezen op de volgende websites:

Ontleend aan

Checklist for quick usability testing of website layout and interface: gebruikt voor een e-learning cursus. Lockefeer, W., Sectie EduTec, TU Delft

Zie ook

Geplaatst op 03-02-2003 door adminComments Off on Structuur-technologische criteria voor een online vak/cursus